Trektelposten

 

Via Trektellen.nl kunt u rechtstreeks de ringvangsten en tellingen van verschillende posten bekijken.

 

Vogeltrek kijken? Tips en bestemmingen voor elk weertype

Het blijft vaak een beetje een stiekem gebeuren, toch is de halfjaarlijkse vogeltrek een volksverhuizing die z’n weerga niet kent. In dit stuk geven we tips hoe je elk weertype tot je bondgenoot kunt maken om veel trekvogels te zien. Op één enkele dag kunnen meer dan anderhalf miljoen vogels door Nederland passeren. Een goede kijkplek maakt het verschil. (Bron Natuurbericht)

Zonovergoten dag: zweefvliegers

Vanaf eind augustus tot eind oktober loont het om op een mooie, strakblauwe dag op zoek te gaan naar hoge punten in het landschap. De Veluwe, de Sallandse Heuvelrug, het Montferland, de Brabantse Wal – allemaal plekken waar je een bovengemiddeld grote kans maakt om grote groepen roofvogels te zien. Roofvogels en andere grote vogelsoorten maken gebruik van opstijgende, warme lucht (thermiek) om hoogte te maken en in lange glijvluchten door te reizen naar de volgend thermiekbel. Met minimale inspanning een maximaal resultaat. De beste plekken zijn verrassend makkelijk te vinden: overal in Nederland waar je zweefvliegvelden hebt, vind je geschikte plekken voor het bekijken van roofvogeltrek. Wat kan je verwachten? Een groep van tientallen Buizerds, maar ook Wespendieven, Rode wouw en Visarend. In het oosten van het land behoren ook Kraanvogels tot de mogelijkheden. Spannend dus, en top-omstandigheden voor een goede dag erop uit.

Aanhoudende oostenwind: gestuwde trek aan de kust

Bij wind die enkele dagen uit het oosten komt, worden vooral zangvogels richting de kust geblazen. Spreeuwen, Koperwieken en andere lijsters, kleinere zangvogels: in enorme aantallen vliegen ze langs duin en strand. Dat maakt dat ze op strategische plekken aan de kust, zoals Westkapelle of Breskens, in grote zwermen te zien zijn. Zeker als het bewolkt is met af en toe een buitje, want daardoor gaan de vogels laag vliegen. Dat kan een indrukwekkende ervaring opleveren. Andere topplekken zijn Stavoren, de duinen bij Den Haag en IJmuiden, de IJmeerdijk bij Almere, Kamperhoek, de Elterberg en landgoed De Hamert. Veel vogelwerkgroepen hebben een website waarop je kan vinden waar je in de omgeving goed kan gaan kijken. Er zijn ook vogeltrekexcursies waarop ervaren vogelliefhebbers hun kennis en kunde delen.

Zuidwestenwind en mooi weer? Laagvliegers!

Een zwakke wind uit het zuidwesten in combinatie met goed weer is ook heel goed: trekvogels gaan dan echt laag vliegen om energie te besparen en toch vooruit te komen. Dit zijn perfecte omstandigheden om de grote groepen Graspiepers, lijsters, Gaaien en Houtduiven te zien die de bulk van de vogeltrek vormen. Elke plek met een vrij uitzicht is kansrijk. Met name vroeg in de ochtend zijn de vogels onderweg, om op een gegeven moment neer te strijken om te eten en uit te rusten.

Noordwesterstorm: zeevogels

Er zijn twee plekken die we zonder te aarzelen kunnen noemen: Brouwersdam en de zuidelijke pier van IJmuiden. De zeevogels vormen een groep vogels die je vaak maar heel moeilijk te zien krijgt. Je komt ze tegen op vakantie, langs de kusten van Engeland, Schotland of zelfs IJsland en Noorwegen. Het zijn soorten als Jan-van-Gent, maar ook roofmeeuwen als de Grote jager en oceaanzwervers als de albatrosachtige pijlstormvogels. Geen vogels die je normaal tegenkomt. Juist daarom gaan veel vogelliefhebbers er bij ruig weer met zware noordwestenwind op uit om deze zeebewoners te bekijken. Want alleen met dit weer komen deze vogels opeens vlakbij de kust. Zo kan bij de Brouwersdam opeens een IJseend langsdobberen, of bij hoge uitzondering zelfs een Geelsnavelduiker.

Zo-zo-weer: vroeg opstaan

Er zijn van die dagen zonder noemenswaardig weer: niet de dagen die voorspelbaar spektakel opleveren. Toch verplaatsen vogels zich ook op deze dagen volop. Zolang het niet veel regent of er een stevige wind uit zuidelijke richting staat, loont het om lekker buiten van de herfst te genieten. In bossen kom je in september en oktober opeens veel meer noordelijke vogels tegen. Groepen Vinken kunnen vergezeld worden van Kepen (let op de witte ‘kont’ bovenaan de staart (in jargon ‘stuit’ genoemd). En het spechtachtige ‘kiep’ van kruisbekken kan je horen in een perceel met veel lariks en andere naaldbomen. Langs de noordelijke kust en de grote rivieren zul je het aantal ganzen langzaam kunnen zien toenemen. Zwermen Spreeuwen verplaatsen zich, met name in de vroege ochtend. En in polders en weilanden langs de snelwegen zie je steeds meer grote groepen Kieviten.

 

Trektelposten in ons werkgebied:

 

Bergen aan Zee (zeetrek)

Deze telpost bevindt zich bij de meest noordelijke strandopgang bij Rembrandt aan zee in Bergen aan Zee.

 

Bergen aan Zee (landstrek)

De post is bereikbaar vanaf Bergen aan Zee en ‘t Woud en ligt in PWN-gebied waarvoor een toegangskaart verplicht is. Deze is verkrijgbaar bij de ingangen van het PWN-terrein, gepast geld noodzakelijk, en kost voor een dag €1,80 (prijs 2016), kinderen t/m 17 jaar gratis. Het terrein is niet toegankelijk voor gemotoriseerd verkeer. Met de fiets vanaf Bergen aan Zee is het ongeveer 5 minuten fietsen, vanaf ‘t Woud ongeveer 10 minuten. Lopend respectievelijk 15 minuten en een half uur. Let op: In Bergen aan Zee en aan het begin van de Woudweg bij ’t Woud is het betaald parkeren.

 

Egmond aan Zee

Aan de noordzijde van Egmond aan Zee zijn regelmatig zeetrektellers te vinden op de Boulevard Noord bij de koffie/broodjeszaak.

 

Camperduin

Telpost Camperduin – foto Jan Stok

De zeetrektelpost bevindt zich aan de Heerenweg. Bij de rotonde loopt u in zuidelijke richting langs paviljoen Struin richting het strand. De telpost bevindt zich aan de linkerzijde een stukje van het pad af. In de trektijd zijn hier vrijwel dagelijks tellers aanwezig.

O.a. Maarten Platteeuw en Nick van der Ham zijn hier vaste tellers.

 

 

Geestmerambacht

In de Geestmerambacht wordt geteld op de uitkijkheuvel aan de zuidzijde met uitzicht op de Kleimeer.

Erwin van Saane en Sander Schagen zijn hier regelmatig (vaak in het weekeinde) te vinden in het voor- en najaar.